Fopspenen
Fopspenen, ook wel simpelweg speentjes genoemd, worden al heel lang gebruikt door ouders die hun baby willen troosten of gerust willen stellen. Veel studies suggereren bovendien dat fopspenen zouden bijdragen om het risico op wiegendood te reduceren. Hoe zit dat precies?
Het verband tussen fopspenen en een lager risico op wiegendood
Onderzoek heeft uitgewezen dat sabbelen (op de vingers, op een speentje of door middel van borstvoeding geven) een kalmerend en troostend effect heeft op baby’s – en een gereduceerde respons op pijn. Tegelijkertijd zijn er al sinds het begin van de jaren negentig publicaties verschenen die stellen dat het gebruik van fopspenen geassocieerd wordt met een lager risico op wiegendood, vergeleken met baby’s die geen fopspeen kregen.
Twee Amerikaanse studies uit 2006 en 2012 concludeerden dat het gebruik van fopspenen geassocieerd is met een lager risico op wiegendood. Uit een van de grootste Britse studies naar wiegendood, uit 1999, evenals uit meerdere studies die werden uitgevoerd in Europa, Australazië en de Verenigde Staten, bleek hetzelfde.
Opvallend is dat de meest recente Britse studie naar wiegendood, uit 2009, ondervond dat het belang van fopspeen gebruik bij het verklaren van wiegendood risico was afgenomen sinds de studie van 10 jaar eerder.
Hoe helpen fopspenen om de risico’s te reduceren?
Vanwege het sterke beschermende effect dat fopspenen blijken te hebben, wordt door veel autoritaire instanties zelfs geadviseerd om het gebruik van een fopspeen te overwegen wanneer ze hun baby in slaap willen krijgen. Hoe fopspenen het risico op wiegendood zouden reduceren, is echter niet duidelijk.
Er bestaan theorieën over dat fopspenen voorkomen dat baby’s hun gezicht in het beddengoed begraven, dat ze de manier waarop het hartje werkt veranderen, of voorkomen dat de baby te diep slaapt. Vergelijkbare theorieën worden gebruikt om te verklaren waarom het geven van borstvoeding het risico op wiegendood zou beperken. Het zou ook kunnen dat er iets anders is – wat we nog niet weten – over ouders die eerder geneigd zijn om fopspenen te gebruiken, wat voor een verlaagd risico zorgt. Het zou bijvoorbeeld kunnen dat deze mensen vaker bij hun baby gaan kijken als die slaapt, of dat ze hun baby in dezelfde kamer laten slapen.
Bij een aantal van de onderzoeken waren het alleen de baby’s die geen speentje hadden – maar er normaal gesproken wel eentje gebruikten – die kwetsbaarder waren. Bij de baby’s die nooit een fopspeen hadden gehad was geen sprake van een hoger risico. Dat zou suggereren dat als je begint je baby een fopspeen te geven voor het slapen gaan, je dit moet blijven doen.
Ongewenste effecten van fopspenen
Er zijn studies die hebben aangetoond dat het gebruik van fopspenen ongewenste effecten kan hebben. Een studie uit 1999 bijvoorbeeld, concludeerde dat het zou leiden tot minder borstvoeding geven en eerder stoppen met borstvoeding. Een herziening van onderzoek uit 2012 stelde dat het gebruik van fopspenen er niet voor zorgde dat moeders eerder stopten met borstvoeding geven (tot hun baby’s zo’n vier maanden oud waren) wanneer ze erg gemotiveerd waren om borstvoeding te geven. De onderzoekers konden echter niet zeggen of minder gemotiveerde moeders benadeeld werden door fopspeen gebruik.
Onderzoekers zijn het er in elk geval over eens dat borstvoeding geven het risico op wiegendood en andere aandoeningen reduceert, en dat het helpt om de band tussen moeder en baby te versterken.
Uit een aantal onderzoeken bleek dat er een verband is tussen het gebruik van fopspenen en buik- en borstinfecties, alsmede terugkerende middenoorontstekingen, al is de exacte link met deze aandoeningen nog niet duidelijk.
Tot slot
Omdat er nog onvoldoende informatie beschikbaar is over hoe het gebruik van fopspenen precies verband houdt met bepaalde aandoeningen en hoe ze het risico op wiegendood beperken, worden fopspenen in de meeste landen niet aanbevolen als een manier om risico’s te minimaliseren.